E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:RBNHO:2016:10562
Rechtbank Noord-Holland, 5154298

Inhoudsindicatie:

Verhuurder vordert beëindiging van de huurovereenkomst betreffende woonruimte wegens voorgenomen verkoop van het gehuurde. Kan de huurovereenkomst door verhuurder worden opgezegd of ontbonden. Geen tekortkoming in huurbetaling omdat mondelinge afspraak gaat boven beding in huurovereenkomst. Het gaat in dit geval ook niet om tijdelijk gebruik als bedoeld in artikel 7:274 lid 2 BW. Er is ook geen sprake van dat verhuurder het gehuurde dringend nodig heeft voor eigen gebruik. Beroep van verhuurder op de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid (6:248 lid 2 BW) slaagt wel. Het is onder de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar dat huurder zich op huurbescherming beroept. Bedoeling ten tijde van aangaan huurovereenkomst was een huurovereenkomst voor beperkte tijd tegen lage huur. Verhuur van de woning aan huurder onder de huidige condities structureel verlieslatend. Huurder moet bij het aangaan van de huurovereenkomst hebben beseft dat Van Rooijen niet onder deze voorwaarden tot in lengte van jaren zou willen blijven verhuren. Naar analogie met artikel 7:272 BW wordt de veroordeling tot ontruiming van het gehuurde niet uitvoerbaar bij voorraad gemaakt. Er is geen aanleiding om aan huurder een financiële compensatie/schadeloosstelling toe te kennen.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie